Brugge heeft twee stations gekend op 't Zand, toen nog Vrijdagmarkt genaamd. Het eerste werd gebouwd in 1844 en afgebroken in 1878. Het werd dan weer heropgebouwd in Ronse.
Het tweede station was neo-gotisch van stijl, naar ontwerp van architect Joseph Schadde. Het werd in de periode 1880-1886 gebouwd. Dit tweede stationsgebouw werd buiten gebruik gesteld in 1939 en tien jaar later gesloopt.
De noordzijde van het station. Let op de voetgangerspasserelle.
De voorgevel van het station.
De achtergevel, net voor de sloop.
Over de sporen op het Zand lag aan de noordkant van het neogotisch stationsgebouw een voetgangerspasserelle. Zie ook de foto hierboven. De foto hier onder toont deze passerelle tijdens een wereldwijde wedstrijd ingericht voor obers in 1933 om zo snel mogelijk met voldoende bier in de glazen aan de eindstreep te geraken, om nog van een goeie teug te kunnen genieten.
Een gelijkaardige passerelle bevond zich op de plaats waar de sporen de Begijnenvest sneden. Deze werd gebouwd in 1889, analoog aan de passerelle aan de Vrijdagmarkt. We zien aan beide kanten van de spoorweg de leuningen van de brug die over de ringvaart ligt. Uiterst rechts halverwege zien we een laag dak met het venstertje in de zijgevel van de vlasfabriek (opgericht in 1883). Rechts zien we ook vaag de Sint-Salvatorkerktoren. De foto dateert van 1896. Bemerk ook de mensen op de passerelle links.
Langs de Begijnenvest juist aan de westkant van de passerelle bevond zich de herberg "In de Promenade", een bekende rustplaats voor de wandelaars langs de vesten. In 1942 werd de herberg gesloopt omwille van het nieuwe station, de wijziging van de spoorlijnen en de heraanleg van de Begijnenvest.
De spoorwegbrug over de ringvaart aan het speitje werd door de Duitsers op het einde van de Eerste Wereldoorlog opgeblazen. Dat zien we op de foto hieronder. De opengereten spoorstaven zijn nog zichtbaar. Links op de foto bevindt zich de passerelle. Achter de passerelle zien we de schoorsteen van de vlasfabriek die gebouwd werd in 1883 op de plaats van de watermolen Vanderhofstadt over het Kapucijnenreitje. Het dak rechts van de schoorsteen is het dak van de vlasfabriek.
Na enige tijd bleek de passerelle te kort te zijn, want er werden sporen bijgelegd. De passerelle werd dus verlengd met een houten constructie, die hier zichtbaar is juist voor de vlasfabriek. Zowel de passerelle als de vlasfabriek worden na de oorlog niet meer gebruikt en afgebroken.
In 1939 werden nieuwe stenen bruggen over de binnen en buiten ringvaarten afgewerkt voor het opkomend autoverkeer terwijl de treinbruggen overbodig werden. De grote brug bestaat nog als je vanuit Sint-Michiels de stad onder de spoorwegbrug binnenrijdt. Op het einde van de Tweede Wereldoorlog op 7 september 1944 werden de 2 stenen spoorwegbruggen over de binnen en buiten ringvaarten ter hoogte van het Speitje opgeblazen. Het bijgebouw van het goederentreinverkeer stortte in en werd tot puin herleid. Het gebouw werd al sinds 1939 niet meer gebruikt toen de spoorlijnen verlegd werden. Hier zien we de ingestorte gebouwen met de noodherstellingen voor een overgang over de ringvaart. Uiterst links zien we in de verte nog het neogotisch station en uiterst rechts zien we tussen de takken de O.L.V. toren.
Reeds na de Eerste Wereldoorlog had men al het plan opgevat om het station en de aansluitende sporen buiten de stadkern te bouwen aan de rand van Brugge in Sint-Michiels. Daarmee werd gestart in 1939. De treinspoorwegen werden al kort voor de 2de wereldoorlog verplaatst naar de huidige ligging en in hun plaats vervangen door elektrische tramlijnen. Onder de oorlog werd een bijzonder plan van aanleg opgemaakt voor de stationsbuurt. De tramlijnen werden in 1951 ontmanteld en vervangen door bussen. De tramlijn naar Knokke werd pas in 1956 ontmanteld.
't Zand rond 1950. Let op de tramlijnen en het nog aanwezige goederenstation.
Vorige pagina --- Volgende pagina
Klik hier voor de overige pagina's: