De kerk werd na 1804 in de tijd van het militair hospitaal aanvankelijk gebruikt als oogheelkundig kabinet. In 1817 in de Hollandse tijd werd de kerk afgesplitst van het klooster en ter beschikking gesteld van de protestantse dienst. Vanaf 1820 wordt de kerk gebruikt voor de Anglikaanse dienst voor de groeiende Engelse kolonie in Brugge (Saint-Mary's church). De Anglikaanse gemeenschap verenigde zich met de andere Protestantse gemeenschappen in 1979 en ze betrekken samen sinds 1980 de kapel 't Keersken, ook de Sint-Pieterskapel genoemd, in de Philipstockstraat. Op het kadasterplan van 1889 zien we de kerk duidelijk aangegeven als "Temple Protestant".
Kadasterplan van 1889.
In 1962 werd de kerk beschermd als monument. Tussen 1983-1985 werd het kerkgebouw gerenoveerd o.l.v. arch. P. ViƩrin. Sinds 1985 werd de kerk ingericht als een orgelzaal. De orgelzaal wordt genoemd naar Jozef Reylandt (Brugs componist 1870-1965). Pogingen om de kerk in te palmen voor het wooncomplex rond 2020 werden vermeden door het hevig protest van vele bruggelingen (waaronder de vzw Erfgoedforum Brugge) en muziekliefhebbers en muziekinstellingen.
Op het kadasterplan van 1811 kunnen we het eerste nauwkeurige grondplan van het uitgestrekte kloostercompex zien na de herbestemming tot militair hospitaal in 1804. We zien nu een grondplan dat grotendeels overeenkomt met de kaart van Ch. Senefelder uit dezelfde periode. De achtergevel is nu gesloten gebouwd en er is een verbinding tussen het kloostergebouw met een woning in de Ezelstraat nr 60. Dat was de woning van de commandant van het garnizoen. Wat het grondplan op zich betreft zien we na 1811 geen noemenswaardige veranderingen. Over het interieur kunnen we ons niet uitspreken.
Kadasterplan van 1811.
Kaart van Ch. Senefelder, begin 19de eeuw.
Wel kunnen we dankzij de plattegrondkaart van Eduard Gailliard de (her)bestemmingen van de verschillende ruimtes van de voormalige kloostersite achterhalen. Gaillard duidde aan dat alleen de gebouwen rond de kleine binnentuin klooster en kloosterpand genoemd werden. De gangen rond de grote binnentuin werden de galerijen genoemd. Mogelijk zijn de vleugels rond de grote tuin en die galerijen in verschillende fases gebouwd na de de eigenlijke kloostergebouwen en pandgangen.
Plattegrond door E. Gaillard.
Het huis van de legercommandant (Ezelstraat 60 met verbinding naar het militair hospitaal) is al aanwezig op de kadasterkaart uit 1811, maar niet op deze plattegrond. De kaart van Gaillard moet dus een toestand van na 1804 weergeven, de overname van het klooster door het leger, maar voor 1811. Er is ook een doorgang van de Ezelstraat naar de grote tuin ten westen van het kloostercomplex die te zien is op de kaart van Gaillard. De doorgang aan de kant van de Ezelstraat is heden nog aanwezig maar afgesloten met een hekken.
Vorige pagina --- Volgende pagina
Klik hier voor de overige pagina's: