Hoewel de brug niet kan bogen op een voor ons bekende architect of ingenieur, is ze toch gekenmerkt door haar harmonieuze verhoudingen en eenvoudige en functionele schoonheid. De torentjes geven aan de brug haar beeldbepalend karakter, terwijl de natuurstenen buitenbekleding haar een in Brugge uniek uitzicht geven. De gewelfde tunnels onder het treinviaduct zijn typisch voor de tijd van de aanleg van deze spoorlijn en komen nog voor o.a. in de nabijgelegen Peter Benoitlaan, maar meestal met bakstenen bekleding.
De gewelven zelf zijn overal van baksteen. Het feit dat we hier te maken hebben met een draaibrug, weliswaar vastgezet, is merkenswaardig: het draaimechanisme bevindt zich op de midden pijler en is min of meer merkbaar op de foto op de vorige pagina.
Het bestuur van de spoorwegen vond de brug zo waardevol dat ze telkens de brug in haar oorspronkelijke toestand herstelden, na de beschadigingen opgelopen op het einde van de beide wereldoorlogen. Als essentieel voor de spoorverbinding met de haven en de oostkust en voor de waterverbinding met haven van Oostende was ze natuurlijk telkens het mikpunt voor de oorlogvoerende partijen.
Ze is niet alleen beeldbepalend voor het gebuurte, ze is ook het symbool voor de start van de ontwikkeling van de wijk, die bij haar bouw nog hoofdzakelijk bestond uit weiden en tuinbouwbedrijven. Samen met het afleidingskanaal, die daar in de Oostendse vaart uitmondt, vormt ze de grens tussen deze wijk en de wijken Sint-Andries en Sint-Pieters.
Gebouwd in 1906 is deze brug een wezenlijk deel van de uitbouw van het spoorwegennet in functie van de nieuwe aansluiting van Brugge met de zee, en in functie van de verlegging van de spoorlijnen buiten de binnenstad, waardoor de tweedeling van de stad verdween.
De brug is een aanknopingspunt voor de herinnering aan het Waggelwater, met zijn onvoltooide rechttrekkingsproject, waaraan we nu een groene zone te danken hebben en aan het bescheiden industrieel gebied uit het begin van de 19de eeuw, dat spijtig genoeg het einde van de 20ste eeuw niet gehaald heeft. Maar het kent een waardige opvolger in het nieuwe industrieel gebied, het "Waggelwater", net ten zuiden van het oude gebied.
Gelegen over de Oostendse vaart is de brug ook een aanknopingspunt voor de geschiedenis van de Brugse waterverbinding met de westkust, startend in de vroege middeleeuwen met de Ieperleet en uiteindelijk uitgegroeid tot een volwaardige verbinding tussen Oostende en Gent.
Nu de historische bruggen terug in de belangstelling staan is het zeker aan te bevelen deze brug voor de generaties na ons te beschermen en te bewaren.
Bronnen:
Behalve uit het internet zijn uit volgende werken gegevens en foto's overgenomen:
"Vlaanderen in oude kaarten, drie eeuwen cartografie" van Jozef Bossu
"Brugge, historische stedenatlas" van Marc Rijckaert
"Brugge, memoires van een stad" van Jaak Rau
"De Brugse Parochies" van Jaak Rau en Dr. A. Vandewalle
"Uit de wereld der Brugse mensen" van Guillaume Michiels
"Een eeuw Brugge" van Jaak Rau
"Bruges, Histoire et Souvenirs" van A. Duclos
"Brugs Ommeland" 2007 nr. 2
"Van suikerfabriek tot haringrokerij" van Jaak Rau en J. Cornelissis
"Bouwen door de eeuwen heen, inventaris van het bouwkundig erfgoed" Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap
Er zouden ondertussen plannen zijn om deze brug alsnog te slopen. Onze vzw heeft daarom een protestbrief gestuurd naar huidig eigenaar en beheerder Infrabel. U vindt op de volgende pagina de integrale tekst van dit protest.
"Status van de Spoorwegbrug aan het Waggelwater"Aanvullend vindt u achter de volgende link een begeleidende nota aan het slopingsverzoek, gericht aan het Brugse stadsbestuur.
Klik hier voor de overige pagina's: