De spoorwegbrug over het kanaal Brugge-Oostende wordt getypeerd door de combinatie van baksteen voor de overwelving en natuursteen voor de zichtbare buitenbekleding. Begin en einde van brug zijn voorzien van uitkragende torentjes met leien tentdakje. Bovenaan is de brug afgewerkt met een lichte smeedijzeren leuning.
Wat de torentjes betreft moeten we bedenken dat de brug een draaibrug was en dus moest bediend worden in geval er een groot schip zou moeten doorvaren. Aangezien de brug werd vastgezet in 1922 hadden de torentjes geen functie meer. Ze bezorgen de brug wel haar uniek en beeldbepalend karakter.
De tunnels geven aan de stenen bruggenhoofden een lichtheid en ritmiek. We vonden geen plannen noch is de architect voor ons bekend. Hoogstwaarschijnlijk werden de plannen opgemaakt door de diensten van de spoorwegmaatschappij.
Vorige pagina --- Volgende pagina
Klik hier voor de overige pagina's: