Karel Verschelde was een vurige verdediger van de neogotiek. In dat kader maakte hij heel wat publicaties waarvan "Les Anciens Maisons de Bruges" uit 1875 zijn fijne tekenkunst toont (heruitgegeven door de heemkunige kring Maurits Coppenolle in 1979). Deze tekenening van het voormalige moederhuis in de Mariastraat is een voorbeeld.
Hij was ook lid van verschillende verenigingen o.a. van de vereniging Sint-Vincentius a Paolo. In 1878 wordt hij verkozen tot gemeenteraadslid. Rond dezelfde tijd als de bouw van de Germana restaureerde hij nog de voorgevel van de Potterierei. Maar met de de bouw van de Germana had hij minder geluk: op 14 oktober 1881 raasde een hevige storm over Brugge en vernielde de muren in opbouw niettegenstaande de stevige verankering. Er vielen 2 doden te betreuren. Men kan zich in de volle schoolstrijd het leedvermaak inbeelden bij de liberale opponenten zoals Theodoor Heyvaert en zijn commissaris Henri De Hoon. Onderzoek wees uit dat Karel Verschelde geen schuld trof.
Nog tijdens de heropbouw stierf Karel Verschelde op 29 november 1881.
Ondertussen had de kerkfabriek in 1880 een proces ingespannen tegen de verplichte ontruiming van haar congregatiegebouw in de Oostmeers. Pas in 1886 besliste de rechtbank van eerste aanleg dat de kerkfabriek van Sint-Salvator opnieuw in het bezit moest komen van de donatie Capron-Dezutter. In de afwachting tot de Germana in de Oostmeers weer vrijkwam, vergaderden de 3 meisjescongregaties en de 2 jongenscongregaties nog in de Westmeers. Van 1887 tot 1894 was het pand in gebruik genomen door Gilde der Ambachten tot ze in 1894 verhuisden naar de Oude Burg.
In 1896 verhuisde de kleinemeisjescongregatie (meisjes jonger dan 15 jaar) naar de gebouwen in de Oostmeers. Ook de kleinejongenscongregatie verhuisde naar de oude gebouwen in een eigen lokaal langs de kant van de Zonnekemeers. De grotemeisjescongregatie van de O.L.V. Onbevlekt Ontvangen bleef in de Westmeers. De grotejongelingencongregatie bleef er ook maar met een verschillend uurrooster. Alle congregaties werden bestuurd door de onderpastoor van de Sint-Salvatorparochie, behalve een jongenscongregatie die werd bestuurd door de onderpastoor van de OLV parochie, die geen eigen jongenscongregatie had.
In 1895 diende de heer Ghysels een bouwaanvraag in voor een pastorij in de Sint-Obrechtstraat palend aan de Germana in de Westmeers. Dat huis bestaat nu nog steeds. Het lijkt groot maar uit het grondplan blijkt dat er weinig kamers waren. Uit de bouwaanvraag blijkt dat er 5 huisjes werden afgebroken en er bleef een groot erf over, dat in latere tijden weer werd bebouwd.
Tijdens de 1ste wereldoorlog gebruikten de Duitsers de Germana Westmeers als een naaiatelier voor kledij van de militairen. Boven zien we de verdieping waar de kapel zich bevond. De onderste foto toont de gelijkvloers waar later de bibliotheek kwam.
Vorige pagina --- Volgende pagina
Klik hier voor de overige pagina's: